

Iedereen denkt altijd dat de kaasfondue uit Zwitserland komt. En volgens de boeken is dat ook zo maar de naam slaat op het Franse woord “fondre”, wat smelten betekent. Het eerste bekende kaasfondue gerecht stamt uit 1768. En heel andere versie zoals wij de (kaas)fondue kennen die is ontstaan in de jaren 60 van de twintigste eeuw. De oorsprong van de fondue is niet gezellig en ontstaan uit noodzaak. Kaas werd gemaakt in de zomer dan waren ze zacht, en smakelijk maar in het najaar en in de winter waren de kazen hard en hadden ze minder smaak. Als het huis dan ook nog ingesneeuwd was dan moest men toch de kazen eten. Veel boeren hadden wel melk omdat ze enkele koeien hadden. Door de kaas met de melk te verwarmen kreeg men een soort kaassoep die redelijk verteerbaar was. Toen ontdekkingsreizigers de aardappel mee naar Europa namen werd de aardappel in de kaassoep gedoopt. Toch zitten er wat tegenstrijdigheden in bovenstaande verhaal omdat kaas in die tijd een luxe was. In de 18e en 19e eeuw stond de kaasfondue als delicatesse te boek en werd de kaasfondue gegeten door de rijken.
Misschien zijn beide versies waar en serveerde de armen kaassoep en de rijken kaasfondue. Maar de tijden veranderen en we kregen koelkasten, vriezers en technieken hoe we voeding en ook kazen konden bewaren en goed houden. De kaasfondue werd een beetje vergeten tot de jaren 60 toen waren het de Zwitsers die een herstart creëerde met de kaasfondue. Een luxe variant met brood en verschillende wijnen. Elk dorp had zijn eigen kazen en wijn, en daardoor ontstonden er ook heel veel recepten met allerlei variaties. Kaasfondue is nog steeds heel populair vandaag de dag, het is een tamelijk simpel gerecht voor de gastvrouw/man en/of kok. De voorbereidingen kosten niet veel tijd en je hebt daarom veel tijd voor je gasten. Ook heeft het wel iets knus en gezelligs met z’n alle rond zo’n kaasfondue. De grapjes zijn aanwezig als je je stukje brood in de kaas verliest. Tegenwoordig heb je zelfs eenpersoons kant-en-klare kaasfondue, die zet je even in de oven of magnetron. Behalve brood kan je ook sommige vleeswaren en groenten en fruit in de kaas dopen. In de Bourgogne noemen we de fondue-pan de “caquelon”, de “caquelon”, is een soort braadbak meestal van aardewerk soms van porselein. Deze aardewerk pan wordt in het midden van de tafel geplaatst op een brandertje. Doordat de warmte constant is ontstaat op de bodem een dikke plak ingedikte kaas. Deze plak is krokant en erg zout. Dit is het klapstuk van de kaasfondue, de Franse noemen dit “la religieuse”, het nonnetje. En de Duitsers noemen het “grossmutter”, grootmoeder.
Deze plak kaas is bijna niet te verwijderen, als je niet wilt dat er krassen in de aardewerk pot komen. Een goede tip: vul de lege pot (met alleen de ingedikte plak kaas) met koud water en laat een nacht staan. De volgende dag kan je dan zo de plak afpellen zonder schrobben. Het woord “caquelon”, stamt uit de 18e eeuw en komt van het woord ZwitserDuitse woord “kakel”, wat “pan van aardewerk” betekent.
Bronvermelding: https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Caquelon
Eigen kookschriftje